Volgens de statistische dienst van de EU zijn de huizenprijzen in vergelijking met de eerste drie maanden van het jaar gemiddeld met 0,1% gestegen in de 20 eurolanden en met 0,3% in de 27 lidstaten.

In de EU noteerden negen lidstaten een jaar-op-jaar daling van de indicator en 17 een stijging, terwijl er voor Griekenland geen gegevens beschikbaar zijn.

De grootste dalingen ten opzichte van het tweede kwartaal van 2022 werden geregistreerd in Duitsland (-9,9%), Denemarken (-7,6%) en Zweden (-6,8%), terwijl de grootste stijgingen werden waargenomen in Kroatië (13,7%), Bulgarije (10,7%), Litouwen (9,4%) en Portugal (8,7%).

In vergelijking met het eerste kwartaal van het jaar daalden de huizenprijzen in 11 lidstaten en stegen ze in 15, met de grootste dalingen in Slowakije (-3,9%), Luxemburg (-2,7%) en Hongarije (-1,7%) en de grootste stijgingen in Letland (5,1%), Bulgarije (4,3%) en Estland (3,8%).

In Portugal steeg de indicator tussen het eerste en tweede kwartaal van het jaar met 3,1%.