Het decreet definieert drie gebieden - A, B en C - van archeologische gevoeligheid, waarbij rekening wordt gehouden met de locatie van het object en de omgeving, met de nadruk op de relatie met de omgeving. Sinds 1963 is het Militair Museum geclassificeerd als een object van publiek belang.
De drie verschillende gebieden van speciale bescherming vertegenwoordigen verschillende soorten werken en eerdere acties die moeten worden uitgevoerd. Volgens het wetsdecreet "definieert het decreet een speciale beschermingszone die rekening houdt met de locatie en de omgeving van het eigendom, namelijk de relatie met het landschap, het geconsolideerde stadsweefsel en andere eigendommen met erfgoed en/of stedenbouwkundige relevantie".
Daarom moet in zone A een archeologische interventie plaatsvinden voordat de werken beginnen, om het behoud ervan te bevorderen. In zone B, die betrekking heeft op de uit te voeren stedelijke ingrepen, moet vooraf een archeologische opgraving plaatsvinden zodat de haalbaarheid van de ingrepen kan worden gecontroleerd. Zone C, ten slotte, definieert het gebied dat permanent archeologisch toezicht vereist.
Het Directoraat-Generaal voor Cultureel Erfgoed stelde in samenwerking met de gemeenteraad van Lissabon de grenzen voor om de omgeving van het monumentale pand te beschermen en de Nationale Raad voor Cultuur gaf zijn goedkeuring.