Dit betekent dat zowel premier Binyamin Netanyahu als de Israëlische Defensiemacht (IDF) de krachtige waarschuwingen van de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Antony Blinken over de noodzaak om hoge Palestijnse slachtoffers bij de hernieuwde bombardementen te voorkomen, afdoen als gebakken lucht.

Of Blinken nu blufte of niet, de Israëlische civiele en militaire leiders, wanhopig op zoek naar een overwinning ter compensatie van hun extreme nalatigheid in het laten gebeuren van de aanvallen van 7 oktober, zullen handelen alsof er geen externe krachten zijn die het geweld van hun reactie kunnen beperken.

Ze hebben waarschijnlijk ongelijk in hun minachting voor het ongemak dat Amerikanen en andere buitenlanders voelen bij de Israëlische reactie. De internationale druk om een halt toe te roepen zal toenemen en het zou zeer verrassend zijn als de IDF in januari nog steeds de Gazastrook bestookt, zoals het naar verluidt van plan is.

Het ongemak en de daaruit voortvloeiende druk op Israël komen vooral voort uit een gevoel van morele verontwaardiging. Het zal toenemen naarmate de massale reactie van Israël verder weg komt te liggen van de verschrikkingen van 7 oktober, maar het blijft opmerkelijk onuitgesproken. Wat we hier nodig hebben is een combinatie van de 'rechtvaardige oorlogstheorie' en een beetje realisme.

Ik ben niet gelovig, maar de 'rechtvaardige oorlogsregels' waar ik naar verwijs zijn van christelijke oorsprong, voornamelijk omdat noch het jodendom noch de islam veel moeite heeft gedaan om regels te codificeren die gelijkelijk van toepassing zouden zijn ongeacht de religie of nationaliteit van de strijders. Daarom bieden ze een soort onpartijdigheid wanneer ze worden toegepast op een conflict tussen moslims en joden.

De eerste serieuze poging om het verschil te definiëren tussen een rechtvaardige en een onrechtvaardige oorlog werd gedaan door Augustinus van Hippo, een christelijke bisschop aan het einde van de Romeinse tijd in wat nu Algerije is. Thomas van Aquino, een 13e-eeuwse Italiaanse priester, werkte deze criteria uit tot de zes criteria die de meeste mensen, van welke religie dan ook, vandaag de dag zouden erkennen.

Sommige regels liggen voor de hand: er moet een rechtvaardige reden zijn (zelfverdediging, bijvoorbeeld), de oorlog moet worden verklaard door een juiste autoriteit (meestal een staat), enzovoort. Maar de laatste twee zijn zeer relevant voor de huidige situatie in Gaza: de gebruikte middelen moeten in verhouding staan tot het doel en er moet een redelijke kans op succes zijn.

Proportionaliteit is lastig. Nadert Israël de grenzen van een legitieme proportionele reactie als er 1.400 doden zijn gevallen, waarvan de overgrote meerderheid burgers, en er 15.000 Palestijnen zijn omgekomen? Tot een derde van de Palestijnse doden zijn Hamas-strijders, maar de verhouding burgerslachtoffers is minstens zeven of acht tegen één in het voordeel van Israël.

Maar actuariële logica werkt niet altijd goed in oorlogen, dus op naar het laatste criterium: biedt de huidige Israëlische strategie 'een redelijke kans op succes'? Misschien zullen er nog eens vijfduizend Hamasstrijders sterven en nog eens een paar honderd Israëlische soldaten, maar rechtvaardigt de uitkomst de dood van nog eens tienduizend onschuldige burgers?

Nee. Er is geen enkele kans dat nog een maand doden ook maar één van Israëls aangekondigde oorlogsdoelen zal bereiken: "de terugkeer van alle ontvoerden, de eliminatie van Hamas en de belofte dat Gaza nooit meer een bedreiging voor Israël zal zijn." (Netanyahu, 2 december)

Hamas, Hezbollah en andere Arabische 'terroristen' behoren tot de bredere categorie van 'guerrilla's', die bijna allemaal terrorisme in hun tactieken hebben - en zulke groepen worden nooit uitgeroeid door een campagne van een maand, vooral niet als die voornamelijk vanuit de lucht wordt gevoerd.

Het doden van hun commandanten werkt niet; wat hen bindt is een soort ideologie en de volgende groep leiders stapt gewoon op en gaat verder. Ze hebben nauwelijks herkenbare hoofdkwartieren en zeker niet de James Bond-achtige ondergrondse schuilplaatsen waar de IDF naar op zoek lijkt te zijn.

Af en toe kan een lange, geduldige, low-key militaire campagne plus veel hart-en-geest gedoe een guerrillamacht overhalen om de wapens neer te leggen, maar die optie is duidelijk niet beschikbaar voor Israël in de Gazastrook. Het strijdplan van Israël kan geen succes opleveren en het is daarom onwettig omdat de levens voor niets worden verspild.

In het jaar 472 antwoordde Augustinus aan de plaatselijke Romeinse bevelhebber Bonifatius, die hem had gevraagd hoe hij de veiligheid in de regio kon waarborgen: "Er is geen veilig advies te geven voor doelen die zo onzeker zijn." Drie jaar later stierf Augustinus toen heidense Vandaalse indringers, oorspronkelijk uit Zuid-Polen, zijn stad veroverden.

Een eeuw later heroverde het Oost-Romeinse rijk het gebied. Nog eens 150 jaar later draaide het wiel opnieuw en kwamen er Arabische veroveraars met de nieuwe religie van de Islam die de Berbersprekende bevolking onderwierpen en grotendeels vervingen. Er is geen permanente veiligheid, geloofde Augustinus, maar men kan tenminste proberen zinloos doden tot een minimum te beperken.


Author

Gwynne Dyer is an independent journalist whose articles are published in 45 countries.

Gwynne Dyer